Bewegingsonderwijs helpt grenzen verleggen en zelfvertrouwen vergroten
Al 15 jaar doet Nick Jansen (38) wat hij het liefste doet: gymles geven in het Gespecialiseerd Onderwijs. “Al vanaf groep 7 wist ik dat ik gymleraar wilde worden”, vertelt hij. “Tijdens mijn lessen help ik kinderen hun grenzen te verleggen en hun zelfvertrouwen vergroten, dat geeft ontzettend veel voldoening.”
Nick verdeelt zijn tijd over Onderwijsexpertisecentrum ’t Ravelijn en De Mackayschool. Zijn lessen verlopen extreem gestructureerd, want dat hebben de leerlingen nodig, vertelt hij. “In het gymlokaal hangt een groot bord waarop in plaatjes en bijbehorende tekstjes regels staan waaraan de leerlingen zich tijdens de les moeten houden. Bijvoorbeeld dat je stil bent als de leraar praat, op je beurt moet wachten, niet zomaar mag weglopen en je, wanneer je boos bent, even naar de rustruimte gaat om rustig te worden. Ook staat op het bord welke oefeningen we gaan doen en welke doelen daarbij horen.”
Verschillende niveaus
Elke oefening is zo bedacht dat hij op verschillende niveaus is uit te voeren. “Zo kan iedereen aan de slag gaan met zijn eigen leerdoelen”, legt Nick uit. “Doordat de leerlingen de doelen op het bord zien staan, weten ze waar we naartoe werken. Dit geeft ze rust, een uitdaging en een helder beeld van waar ze goed in zijn.” Naast het bord werkt Nick met wachtstippen in de kleuren van een stoplicht. “Tijdens het wachten staat iedereen op een eigen stip in de kleur rood, oranje of groen. Zo weten de leerlingen precies wanneer ze aan de beurt zijn. In een gewone wachtrij zou te veel onrust ontstaan.”
Geen goed of fout
Bij het beoordelen van de leerlingen werkt Nick niet met cijfers maar gaat hij uit van de leerdoelen. “Niks is goed of fout, daar heb ik namelijk een vreselijke hekel aan! In het rapport geef ik aan wat de leerling kan. Ook daarbij werk ik met de niveaus, dus of een leerling kan rollen, koprollen of een salto kan maken. En bij sporten als basketbal varieert dat van kunnen dribbelen tot op de basket mikken, bijvoorbeeld. Tijdens de les wijs ik één leerling aan als ‘kanjer’, die me bij de uitleg en oefeningen helpt. Ik kies hierbij altijd degene die zich in de vorige les het beste aan de gedragsregels heeft gehouden, maar zorg er natuurlijk wel voor dat iedereen gelijkwaardig aan de beurt komt.”
Goed voor concentratie, motoriek, hersenactiviteit en meer!
Bewegen is voor ieder kind belangrijk, Nick zou daarom het liefst zien dat ieder kind zo’n 45 minuten per dag actief beweegt. “Dat is goed voor de hersenactiviteit, concentratie, zelfvertrouwen, de motoriek, de sociaal-emotionele ontwikkeling en het samenwerken met anderen. Voor onze leerlingen is dat extra belangrijk, omdat zij op deze gebieden soms een achterstand hebben. Zoals motorisch of op sociaal-emotioneel vlak. Ik leer onze leerlingen ook heel praktische zaken die ze later tijdens hun werk tegen kunnen gaan komen, zoals op ladders klimmen en een val opvangen. Veel van de leerlingen op onze school gaan niet naar een sportclub buiten school om. Daarom laten wij ze kennismaken met allerlei sporten, van atletiek tot padel en van kickbocksen tot schermen. Via de gemeente hebben we een subsidie gekregen waarmee ze lessen kunnen volgen bij allerlei sportverenigingen in de buurt. Leerlingen die enthousiast zijn, kunnen nog een paar keer meelopen en daarna overleggen we met de ouders over een eventueel vervolg.”
Uitdagen om grenzen te verleggen
Nick gaat elke dag met plezier naar zijn werk: “Ik houd ontzettend van sport en vind het leuk om de liefde voor sporten en bewegen over te brengen op kinderen. Hierbij daag ik ze graag uit en laat ik ze hun grenzen verleggen. Laatst heb ik bijvoorbeeld een tokkelbaan gebouwd, get dikke matten eronder natuurlijk. Veel leerlingen vonden dat best een spannende oefening. Maar met de nodige hulp en het verlagen van de drempel door iets lager op te stappen, deden ze het wel. Achteraf vonden ze het fantastisch en waren ze apetrots dat ze het gedaan hadden! Het geeft zo veel voldoening om kinderen te laten ervaren dat ze vaak meer kunnen dan ze denken. Daar word ik elke dag opnieuw heel blij van.”
